Paragrafen

Paragraaf 3: Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Ontwikkelingen

Naam ontwikkeling 

Omgevingswet

Programma

Divers

Omschrijving

Na opnieuw uitstel treedt de Omgevingswet in werking op 1 januari 2023. Het is een wettelijke verplichting deze wet in te voeren. Voor de gemeente Groningen dienen er onder andere één omgevingsvisie, en één omgevingsplan te komen, waarin alle regels uit alle bestemmingsplannen, de bruidsschat van het Rijk en vele gemeentelijke verordeningen verwerkt dienen te worden. Daarnaast wordt de reikwijdte van de omgevingsvergunning verbreedt; meer onderwerpen zullen onder de noemer omgevingsvergunning komen te vallen.
De Omgevingswet heeft invloed op het gehele ruimtelijke domein en heeft de nodige raakvlakken met het sociale domein. De voorbereiding op het omgevingsplan (van rechtswege), het maken van het omgevingsplan, en de verbetertrajecten van de diverse werkprocessen zoals vergunningverlening en beleidsvorming zijn grote opgaven. In deze opgaven is er ook aandacht voor een verbetering van de dienstverlening.

Een belangrijk aandachtspunt is de noodzakelijke digitaliseringsslag die wordt (af)gemaakt en de gevolgen voor het ICT-beheer bij (volledig) digitaal werken en werken met het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).
Een ander aandachtspunt zijn de structurele financiële effecten als gevolg van de komst van de Omgevingswet (in samenhang met de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen).

Actie

In de begroting 2022 is voor het programma Omgevingswet 1,133 miljoen euro opgenomen voor extra werkzaamheden op het gebied van digitalisering van het archief, verdere digitalisering van werkprocessen en werkzaamheden voor de totstandkoming van het omgevingsplan. Hierin is ook een budget voor de implementatie van de Wet kwaliteitsborging bouw meegenomen, inclusief de gevolgen voor de leges.

 

Naam ontwikkeling 

Wet kwaliteitsborging voor het bouwen

Deelprogramma

1.3 Wonen

Omschrijving

De minister BZK heeft met de VNG een bestuursakkoord gesloten dat de start van de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) gekoppeld wordt aan de invoering Omgevingswet. Tevens is onderdeel van het bestuursakkoord dat er voldoende proefprojecten uitgevoerd zijn.

Kern van deze wet is dat:
· Kleine bouwwerken en verbouwingen vrij zijn van toets Bouwbesluit 2012;
· De gemeente controleert of een aannemer werkt met een goedgekeurde methode voor kwaliteitsbewaking;
· De toetsing aan het Bouwbesluit 2012 van nieuwbouw en verbouw bij de vergunningverlening door de gemeente vervalt;
· Private partijen ontwikkelen methodes voor kwaliteitsbewaking om te zorgen dat aannemers zich houden aan de bouwtechnische eisen uit het Bouwbesluit 2012;
· Een onafhankelijke publieke toelatingsorganisatie oordeelt of een voorgestelde methode voor kwaliteitsbewaking voldoet aan de eisen.
Doelstelling van de nieuwe wet is het verhogen van de bouwkwaliteit en het verlagen van de regeldruk voor bedrijven, professionals en consumenten. De wet wordt stapsgewijs ingevoerd: als eerste met eenvoudige bouwwerken: gevolgklasse 1. Zo kunnen markt en overheid wennen aan de nieuwe situatie met het door partijen zelf laten borgen van de kwaliteit van ‘eenvoudige’ bouwwerken. Onder gevolgklasse 1 vallen met name grondgebonden woningen, bedrijfshallen tot 2 lagen en kleine fiets- en voetgangersbruggen. Monumenten en gebouwen waarvoor extra brandveiligheidseisen gelden, vallen hier niet onder.

De met de invoering van gevolgklasse 1 van de Wkb vervallen taken die uit leges worden bekostigd.  Daarvoor in de plaats komen behandeling, juridische en inspectiekosten die niet uit leges bekostigd mogen worden. In het financieel meerjarenbeeld houden we rekening met deze extra kosten vanaf 1 januari 2023 (80 duizend euro structureel en 40 duizend euro incidenteel tot en met 2025).

Actie

De consequenties voor de gemeente Groningen worden nader uitgewerkt in afstemming met het project Omgevingswet. In de aanvullende middelen voor de implementatie van de omgevingswet is ook een budget voor de implementatie van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen meegenomen

Naam ontwikkeling 

 Fauna

Deelprogramma 2.1:

Kwaliteit Leefomgeving

Omschrijving

Fauna (Eikenprocessierups)
Het aantal nesten van eikenprocessierups in de gemeente neemt toe waardoor het belang om preventief maatregelen te treffen groter wordt. Wij verwachten komend jaar hierdoor meer kosten te maken voor het aantrekken van natuurlijke vijanden door middel van het aanbieden van nestgelegenheid en het vergroten van variatie in vegetatie.  

Actie

Naam ontwikkeling 

Beheer en onderhoud na oplevering Zuidelijke Ringweg

Deelprogramma 2.1:

Kwaliteit Leefomgeving

Omschrijving

Naar aanleiding van de werkzaamheden aan de Zuidelijke Ringweg hebben we een aantal ontwikkelingen geconstateerd die invloed kunnen hebben op het beheer en onderhoud.

Verspreiding Japanse duizendknoop
In een aantal gebieden waar werkzaamheden worden uitgevoerd in het kader van de ARZ is er sprake van groei van de Japanse duizendknoop. Deze plant behoort tot invasieve exoten die lastig te bestrijden is. Vanwege zijn groeikracht en sterke wortels kan de Japanse duizendknoop schade toebrengen  aan wegen en leidingen. Door de grondwerkzaamheden in het kader van de ARZ en het verplaatsen van grond bestaat een grote kans dat deze exoot zich kan verspreiden binnen het werkgebied van ARZ. Dit zal het beheer en onderhoud van de getroffen gebieden na oplevering van de ARZ sterk beïnvloeden. Het bestrijden ervan is zeer kostbaar.

Het verwijderen, en vernietigen, van de Japanse Duizendknoop is noch een wettelijke noch een contractuele verplichting. Wel is afgesproken dat verplaatsen/verspreiden tot een minimum wordt beperkt.

Rioolpersleiding
Langs het gehele traject van de ARZ lag een belangrijke rioolpersleiding. Ten behoeve van de ARZ is deze persleiding grotendeels verlegd. Door de werkzaamheden in het kader van de ARZ treden mogelijk zettingen (verzakkingen) op waardoor schade aan de persleiding kan ontstaan. Vanuit het project worden beperkte aanvullende maatregelen getroffen om de zetting zoveel mogelijk te beperken en is een monitoringsplan opgesteld zodat ingrijpen mogelijk is als daar aanleiding toe is. De verwachting is dat (kleine) zettingen niet uit te sluiten zijn. Hierdoor wordt de restlevensduur van de persleiding korter. Dit kan betekenen dat de persleiding eerder moet worden vervangen en daarom eerder dan gedacht geïnvesteerd moet worden.
Daarnaast geldt dat een gedeelte van deze persleiding (kruising onder A28) niet verlegd is. Ook hier constateren we dat door de werkzaamheden en zand-ophoging waarschijnlijk zettingen in de grond optreden. Er wordt weliswaar een monitoringssysteem aangebracht, maar dat neemt het risico niet weg dat dit gedeelte van de leidingen na de oplevering van de Zuidelijke Ringweg mogelijk moet worden vervangen.

Actie

Er hebben gesprekken plaatsgevonden met alle bij het project betrokken partijen. We houden de ontwikkelingen nauwlettend in de gaten en komen hierop terug. 

Naam ontwikkeling 

Marktontwikkelingen, prijs en capaciteitsdruk.

Deelprogramma

Diverse

Omschrijving

De laatste jaren zien we een forse marktdruk. Bij aanbestedingen zien we forse prijsstijgingen en tevens druk op de beschikbare capaciteit in de markt, wat zich ook vertaalt naar afname van inschrijvers. Dit leidt tot hogere inschrijfsommen en onzekerheden in de prijsvorming. Ook bij aanbestedingen van onderhoudscontracten zien we prijsstijgingen en capaciteitsdruk in de markt. In 2022/ 2023 wordt beoogd het onderhoud van het Forum opnieuw aan te besteden, waarbij dit zich mogelijk uit. Daarnaast wordt beoogd de raamcontracten voor het gros van het overige maatschappelijk vastgoed van de gemeente in 2023/ 2024 opnieuw aan te besteden. Ook hier bestaat het risico dat prijsstijgingen, capaciteitsdruk, onzekerheid rondom levertijden en marktdruk zich vertaalt in de aanneemsommen.

De afgelopen 20 jaar was de gemiddelde structurele indexatie van bouwkosten tussen de 2,0% en 3,0% per jaar. In 2021 is er sprake geweest van een meer dan gemiddelde stijging van de bouwkosten als gevolg van stijgen van de lonen en materialen. De verwachte inflatie van 2022 bedraagt 4% tot 7% en voor de jaren erna bedraagt de verwachte inflatie 3% tot 4%. De stijging van de kosten heeft impact op nieuwe investeringen en de kosten van beheer en onderhoud. Hogere investeringen leiden tot hogere kosten van rente en afschrijvingen en worden via het investeringskrediet verwerkt in de meerjarenraming. De hogere kosten beheer en onderhoud heeft structureel impact op de exploitatie.

Actie

Monitoring van aanbestedings- en marktontwikkelingen.

De verwachte meerkosten voor het planmatig en niet-planmatig onderhoud liggen in de range van € 1,3 in 2023 tot € 2,0 in 2025. De omvang van de impact kan op twee manieren enigszins worden verlaagd. Enerzijds heeft de gemeente Groningen onderhoudskostencontracten tot en met 2023 waarin prijsafspraken zijn gemaakt en anderzijds kan het effect worden verlaagd door de nominale prijscompensatie. De nominale compensatie wordt over een verhouding van 80% loon en 20% prijs in een percentage bepaald op basis van een een inschatting van het CPB voor de ontwikkeling van lonen (prijs overheidsconsumptie: beloning werknemers) en de ontwikkeling van prijzen (imoc). De verwachting is dat in 2023 meer inzicht wordt verkregen in de omvang van de netto prijsstijging en kan het effect meegenomen worden in de begroting 2024.

Naam ontwikkeling 

Verduurzaming maatschappelijk vastgoed

Deelprogramma

Diverse

Omschrijving

De verduurzamingsopgave van het maatschappelijk vastgoed is een forse gemeentelijke (en landelijke opgave). Voor de gemeente vraagt het investeringen van tenminste 250 miljoen, waarvoor nu geen middelen zijn gereserveerd en ook landelijk geen substantieel zicht bestaat op middelen. De normstelling en wettelijke voorschriften zullen de komende jaren naar verwachting toenemen. Het integraal verduurzamen van gebouwen, gericht op de CO2-reductie gaat verder dan het nemen van enkele maatregelen op pandniveau. Een deel van de voorraad leent zich voor een programmatische benadering (zoals het IHP, het IABB en de wijkposten), met langjarige investeringsprogramma's. Een ander deel van de voorraad vraagt objectgerichte benadering. Belangrijk hierbij is het zoveel mogelijk benutten van natuurlijke momenten. Bijvoorbeeld momenten waar groot onderhoud aanstaande is (voorbeeld; kantoor Duinkerkenstraat, gemeentehuis Ten Boer). In dergelijke gevallen zijn wel middelen beschikbaar voor regulier onderhoud, maar vraagt de stap naar integrale verduurzaming en het tegelijkertijd moderniseren of upgraden van het vastgoed het vrijmaken van extra middelen, waarvoor nu niet structureel gespaard wordt. De verduurzaming van het maatschappelijk vastgoed dient daarbij zorgvuldig gekoppeld te worden aan de wijkenergieplannen en de ambities van de gemeente ten aanzien van productie en exploitatie.

Actie

Opstellen uitvoeringsprogramma verduurzaming maatschappelijk vastgoed, gekoppeld aan ambitie, kansen, urgentie en financiële vertaling.

Naam ontwikkeling 

Regelingenwoud

Programma

3. Vitaal en Sociaal

Omschrijving

Voor mensen die moeilijk kunnen rondkomen of moeilijk mee kunnen doen, kennen wij een groot aantal regelingen dat hen (financieel) helpt. De voorwaarden en de eisen die we stellen aan bewijsstukken kennen verschillende procedures. Gevolg is dat inwoners door de regelingenbomen het regelingenbos niet zien. Hierdoor bestaat het risico dat inwoners die recht hebben op een regeling hier geen gebruik van maken. Dit kan leiden tot knelpunten op andere levensgebieden. We hebben een aantal maatregelen genomen om de eenvoud en toegankelijkheid van regels en voorzieningen te vergroten.
Naast het eenvoudiger en toegankelijk maken van bestaande regelingen en voorzieningen, willen we ook onderzoeken of het mogelijk is om het aantal regelingen te verminderen, aan te passen of meer in samenhang te brengen met andere doelen en voorzieningen binnen het sociaal domein. Dit moet leiden tot minder en eenvoudiger regelingen die meer uitgaan van de behoefte en de situatie van de inwoners. Het kappen van het regelingenwoud kan ertoe leiden dat de uitgaven aan regelingen en voorzieningen kunnen toenemen. Hiervan kunnen we op dit moment nog geen inschatting maken.

Actie

Monitoring van uitgaven

Naam ontwikkeling 

Loonkostensubsidie

Deelprogramma

3.1 Werk en inkomen

Omschrijving

Tijdens de behandeling van de SZW begroting 2021 heeft de Tweede Kamer ingestemd met een motie waarin het kabinet is opgeroepen om de loonkostensubsidies (LKS) op basis van realisaties te financieren. Het doel van de motie was om extra werkplekken mogelijk te maken voor mensen die vallen binnen de doelgroep banenafspraak of mensen die beschut werk nodig hebben. De aangepaste financiering van LKS wordt met ingang van 2022 ingevoerd. Dit betekent dat het deelbudget LKS, dat nu nog wordt verdeeld met behulp van het verdeelmodel inkomensdeel Participatiewet, op basis van realisaties wordt verdeeld. Hierbij wordt gekeken naar het aandeel van gemeenten in de totale uitgaven aan LKS in het voorgaande jaar. Dit aandeel is het aandeel in het macrobudget LKS in het komende begrotingsjaar. Het macro budget LKS wordt berekend op basis van de totale uitgaven in het voorgaande jaar vermeerderd met de jaarlijks verwachte oploop als gevolg van de toename van de doelgroep waarvoor LKS wordt ingezet.
Het is nog lastig om in te schatten wat het risico op een tekort is. Dit is afhankelijk van de toereikendheid van het macrobudget en van de mate waarin het budgetaandeel in het lopende jaar gelijk is aan het aandeel in de uitgaven in het lopende jaar. De afgelopen 3 jaar is het aandeel van de gemeente Groningen in de totale uitgaven toegenomen. En het is ook de bedoeling dat gemeenten jaarlijks meer LKS inzetten. Het aandeel dat gemeenten hebben in de totale LKS uitgaven is pas na afloop van het jaar bekend. Daarbij is het zo dat dit aandeel niet alleen wordt bepaald door onze uitgaven maar ook door die in andere gemeenten. We schatten het risico op een tekort nog niet hoog in. Op basis van de jaarrekening 2022 kunnen we inschatten of er een risico moet worden opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Actie

Monitoren van de gemeentelijke uitgaven aan LKS in relatie tot de macro-uitgaven t-1 en de verwachte jaarlijkse macro oploop.

Naam ontwikkeling 

Uitvoeringskosten inburgering

Deelprogramma

3.1 Werk en inkomen

Omschrijving

De beschikbare middelen ter dekking van de uitvoeringskosten inburgering zijn gebaseerd op de huidige doelstelling statushouders. Mocht deze doelstelling worden verhoogd is het nog onzeker of daarvoor extra middelen beschikbaar zullen worden gesteld.

Daarnaast zal moeten blijken of de toegekende SPUK middelen voor de onderwijsroute voldoende zullen zijn om alle lasten te kunnen dekken. De toegekende SPUK middelen bestaan uit reguliere SPUK middelen die worden afgerekend op basis van werkelijke aantallen én uit extra SPUK middelen onderwijsroute die ook worden afgerekend op basis van werkelijke aantallen maar landelijk gemaximeerd zijn. Op basis van de huidige verwachting van de aantallen onderwijsroutes en de inschatting van de kostprijs van de onderwijsroute (de aanbesteding is nog niet afgerond) lijkt er geen tekort te ontstaan, maar als de aantallen fors hoger uitvallen en/of de kostprijs van de onderwijsroute hoger uitvallen kan er wel een tekort ontstaan.

Actie

Monitoren aantallen statushouders, uitvoeringskosten, aantal statushouders op onderwijsroute en kosten onderwijsroute.

Naam ontwikkeling 

Verbeterprogramma beheer en onderhoud sportaccommodaties

Deelprogramma

3.4 Sport en bewegen

Omschrijving

Verbeterprogramma onderhoud sportaccommodaties

Actie

Het beheer en onderhoud van de sportaccommodaties is een taak van Sport050. Het vastgoedbedrijf voert een deel van het groot onderhoud uit in opdracht van Sport050. Dit werd decennia lang budget gestuurd uitgevoerd. Door de verplichting vanuit de financiële verordening om (conform NEN 2767 conditie 3) planning gestuurd te werken vanuit een financiële voorziening voor het onderhoud, is de werkwijze niet langer houdbaar. Bijvoorbeeld de huidige MJOP’s en competenties van een deel van de organisatie zijn hier niet op ingericht. Inmiddels is een verbetertraject gestart om het hele beheer en onderhoud proces voor de sportaccommodaties te herijken, van organisatie tot techniek. Conform planning zijn de nieuwe MJOP’s en de eindanalyse medio 2023 gereed.
In de begroting 2023 is een jaarlijkse structurele aanvullende bijdrage van 625 duizend euro vanaf 2023 beschikbaar gesteld (waarvan 500 duizend euro voor aanvulling van de onderhoud- en beheerbudgetten). Eerder is een bandbreedte van 500 duizend euro tot 1 miljoen euro afgegeven voor aanvullend benodigd budget. In hoeverre de in de begroting 2023 toegevoegde middelen toereikend zijn wordt duidelijk na afronding van de MJOP’s en de eindanalyse medio 2023.

Naam ontwikkeling 

Biomassa installatie Kardinge

Deelprogramma

3.4 Sport en bewegen

Omschrijving

Landelijk wordt er een natuurvergunning gevraagd voor alle installaties groter dan 1 Mw (megawatt). De huidige installatie bij Kardinge < 1Mw is in 2014 in bedrijf genomen.  Op dat moment waren er geen normen voor de Nox uitstoot, echter eind 2015 zijn er normen gesteld, die in 2020 verder zijn aangescherpt. De geïnstalleerde installatie voldoet niet meer aan de huidige normen. Er is door de provincie een gedoogvergunning verleend . Eind 2022 dient een vergunning te worden aangevraagd/verleend bij de provincie
Op dit moment zijn we aan het onderzoeken welke aanpassingen nodig zijn. In het ergste geval moet de installatie uitgezet worden en moeten we weer gebruik maken van de oude installatie gevoed door fossiele brandstoffen (gas). Eventuele kosten van aanpassingen en energie zijn op dit niet bekend. Deze zijn afhankelijk van de eisen die gesteld gaan worden we geen gedoogvergunning door de provincie wordt afgegeven. Daarnaast is het de vraag of de huidige installatie nog past binnen het grootschalige project renovatie/vernieuwing Sportcentrum Kardinge 2023 e.v.

Actie

Volgen ontwikkelingen en onderzoek. 

Naam ontwikkeling 

Ventilatienorm sportaccommodaties

Deelprogramma

3.4 Sport en bewegen

Omschrijving

Wettelijk moeten de sportaccommodaties qua ventilatie voldoen aan het Bouwbesluit. Nagenoeg alle sportpanden van de gemeente Groningen voldoen aan het Bouwbesluit. Daar waar dit niet zo is wordt dit z.s.m. aangepast.
Van groter belang is dat het RIVM recent een richtlijn heeft opgesteld voor ventilatie in gebouwen en ervan uit gaat dat de ventilatie in gebouwen minimaal voldoet aan het Bouwbesluit. Sportaccommodaties worden echter in deze richtlijn specifiek benoemd, waarbij wordt verwezen naar het feit dat men er vanuit gaat dat de ventilatie binnen deze voorzieningen aan de NOC*NSF norm voldoet. Deze norm is veel ambitieuzer dan het Bouwbesluit (en gaat daarmee  verder dan de regelgeving voorschrijft).
Als de NOC*NSF norm de standaard wordt voor onze sportaccommodaties zal er naar verwachting voor vele miljoenen moeten worden geïnvesteerd in nieuwe luchtbehandelingssystemen. Dit zal dan als een afzonderlijk project moeten worden opgestart waarbij de technische en financiële consequenties in kaart moeten worden gebracht. Ook zal het effect op de meerjaren pandstrategie (IABB) moeten worden meegenomen. De komende periode zal onderzocht worden of de NOC*NSF norm überhaupt een wettelijke basis heeft en wat de exacte impact is.

Actie

Actuele ontwikkelingen volgen en melden

Deze pagina is gebouwd op 11/15/2022 09:01:55 met de export van 11/15/2022 08:45:43